Na Axum, ooit hét handelscentrum van Noord-Oost Afrika en waar de geschiedenis van de religieuze overtuigingen in Ethiopie zijn wortels heeft, bezoeken we een aantal ‘Tigray Churches’. Daar we Lalibela niet bezoeken wegens een te hoge kostprijs (50$/pp) maken we toch graag tijd vrij voor dit deel van het Noorden. In de streek zijn er wel zo’n 150 rotskerken, maar we moeten selectief zijn. Zoveel tijd hebben we niet in Ethiopië en al zeker niet zoveel geld (bezoek per kerkje : ong 6€/pp) De Abuna yemata Guh schijnt de mooiste en onze 45min opwaartse wandeling waard te zijn. Eens boven genieten we van een magnifiek zicht en ingetogen, doch speciale bezinningsplaats. De ‘priester’ ligt nog te slapen als we net voor de middag boven toekomen en vraagt na bezoek een bijkomstige bijdrage om zijn eigen kas te spijzen; Geen haar op ons hoofd die daaraan denkt en dalen terug af met de priester in ons kielzog, volhardend in zijn missie om ons nog meer geld afhandig te maken. Bij Maryam KorKor konden we niet binnen omdat de sleutel even verdwenen was, maar volgens Simon is het zicht er boven magnifiek en de wandeling op zich al de moeite. Picknick meenemen naar boven, daar de zonsondergang bewonderen en je avond kan niet meer stuk.
Even pruilen en dan over op actie. De cardanas eronderuit en dan 40km terug slepen naar Konso. Meteen beginnen rondbellen naar connecties in Addis om te kijken of daar eenzelfde versnellingsbak te vinden is alsook onmiddellijk de hulp ingeroepen van kenners. We waren verschoten en ontroerd van de respons en de mensenmassa die hemel en aarde voor ons hebben bewogen om ons weer mobiel te krijgen. Het vooruitzicht van de stammen was even helemaal naar de achtergrond en onze prioriteit was een nieuwe versnellingsbak te vinden. Toen we zekerheid kregen dat er 650km terug in de hoofdstad ook geen nieuw stuk te verkrijgen was, besloten we om één te laten overvliegen vanuit Zuid-afrika en onze bus te laten vervoeren tot in Nairobi, 1070km verder. Allemaal makkelijker gezegd dan gedaan.
Achterin de auto gepropt van Hans en Dorien zetten we koers richting Turmi en Jinka. Uit de aanwezigheid van toeristen wordt een ferme munt geslaan aangezien je voor elke mogelijke foto lastiggevallen wordt om te betalen. Kinderen komen je écht aanklampen om een foto te nemen tegen betaling. Het aanvankelijk plan was om de bulljumping –ritueel in Turmi bij te wonen, maar nadat we pas veel te laat wisten dat het effectief plaatsvond, was het eigenlijk z’n geld niet meer waard. De markt van Key Afar was een aangename, doch vervreemde ervaring. Je voelt dat je er niet gewoon even je groentjes kunt gaan kopen, maar altijd geviseerd wordt als ‘Muzungu’ – Blanke. Na een uur of twee hielden we het voor bekeken, toch konden we er niet aan doen om telkens met blos op de wangen te kijken naar (onder?) de te korte rok van de jongens. En ja, soms was die rok écht te kort! Van de ene ervaring in de andere, zeker bij het bezoeken van de Mursi.De vrouwen met de grote lipplaten en littekens op hun huid. De lipplaten worden ingebracht na het huwelijk en de huid wordt langzaamaan uitgerokken. We zijn er nog niet uit of het al dan niet een aangename ervaring was, want we werden als het ware echt aangevallen om van hen een foto te nemen tegen betaling. Na een dik uur werd de opdringerigheid teveel en sloten we ons op in de wagen. Tegenstrijdige gevoelens, want het bezoek is echt gereduceerd tot een toeristische attractie, maar anderzijds krijg je wel de kans om nog zo’n primitieve levenswijze te bewonderen. Wij kijken stiekem vol afschuw naar hun uitgerokken lippen, maar ondertussen worden wij ook goed geinspeceerd. Zo vonden ze het pijnlijk en gruwelijk om de piercing in mijn nek te zien. Van een omgekeerde wereld gesproken.
Na vier dagen ‘ontspanning’ – de V-bakprobleem laat je toch geen enkel moment los – werd met heel veel moeite de aandrijfassen naar de achterwielen los gemaakt zodat de auto gesleept kon worden. Hij zat namelijk vast in versnelling en we kregen het niet meer los. De oorspronkelijke route om Kenia te betreden via Lake Turkana werd aan de kant geschoven en de nieuwe route uitgestippeld. Het kinetisch touw aanbinden en weg waren we, klaar voor 320km lange tocht naar de grens met Kenia – Moyale. Omgerekend de afstand van Brugge naar Parijs.
Another one bites the dust – was heel toepasselijk. Doordat we zo dicht op de Toyota landcruiser van Hans en Dorien zaten kregen we alle stof en stenen over ons heen. Het mondmasker aangebonden voor Lore, van ons hart een steen maken en niet teveel denken aan de carrosserie. We proberen onderweg nog te genieten van de omgeving en de gigantische termietenheuvels, hoewel de concentratie niet te ver mocht afdwalen. Na 5.5u waren we dan op onze dagbestemming, maar de weg naar Nairobi was nog lang.
Het in- en uitstempelen verliep ongelofelijk vlot en in een uur tijd was alles gefixt. Geen gedoe, geen moeilijke vragen, geen omkoping, geen betalingen, verstaanbaar Engels – kortom, een droomgrensovergang. Helaas wisten we nog niet dat ons geduld en onze zenuwen nog meer op de proef gesteld zou worden… Een probleem die zijn stempel een maand later nog zou drukken…
to be continued.